Zuid-Amerika warmt even snel op als het wereldgemiddelde, maar sommige regio’s van het subcontinent lopen meer risico op het tegelijk plaatsvinden van meerdere klimaatextremen.

Dat is het geval als het op hetzelfde moment extreem heet en droog is, en het risico op brand door bepaalde omstandigheden – bijvoorbeeld meer wind dan normaal – toeneemt.

Frequentie neemt toe

Onderzoeker Raúl Cordero en zijn collega’s berekenden het aantal dagen per jaar dat elk oppervlak van 30 op 30 kilometer van het  Zuid-Amerikaanse continent gelijktijdig te kampen had met extreme hitte, droogte en ontvlambaarheid. Ze konden die berekeningen maken voor de periode tussen 1971 en 2022.

Ze keken daarvoor naar maximale temperaturen, neerslaggemiddelden en natuurbrandhaarden en ontdekten dat de frequentie van deze gelijktijdige extremen over het hele continent was toegenomen.

Van 20 naar 70 dagen

Die toename was bijzonder groot – van minder dan 20 dagen tot wel 70 dagen per jaar – in het grensgebied tussen Venezuela en Colombia, in het noordelijke Amazonegebied en in het noorden van het stroomgebied van de Río de la Plata in het centrum van Zuid-Amerika.

De auteurs waarschuwen dat die extreme temperaturen en de toename van brandhaarden verstrekkende gevolgen hebben voor het ecosysteem, de economie en de menselijke gezondheid, onder meer omdat bosbranden veel roetdeeltjes in de atmosfeer afgeven.

Ze wijzen er ook op dat het fenomeen van het samengaan van deze drie extreme natuurfenomenen kleine en achtergestelde gemeenschappen disproportioneel hard treffen. Ze vragen lokale beleidsvoerders om meer rekening te houden met deze nieuwe realiteit en aandacht te hebben voor maatregelen om het risico op deze klimaatextremen te beperken.

De resultaten van de studie zijn gepubliceerd in Nature Communications Earth & Environment.