De oorlog in Oekraïne veroorzaakt niet alleen onnoemelijk veel menselijk leed maar ook ongekende en langdurige uitdagingen voor het milieu. Ook al is het nu te vroeg om de ware omvang van de schade te becijferen, er zijn zorgwekkende aanwijzingen dat de milieukosten hoog oplopen vanwege het verlies van leefgebied voor flora en fauna, maar ook door indirecte oorzaken zoals luchtvervuiling, vervuiling van land en water en het verlies van natuurlijke hulpbronnen.
Het groene hart
Al voor de aanvang van de oorlog op 24 februari 2022 voelde Oekraïne de invloed van de klimaatverandering. Het land heeft in de afgelopen dertig jaar een stijging van de gemiddelde temperatuur opgetekend van 1,5 graden Celsius. Nu komt de natuur door de oorlog extra onder druk te staan en bovendien liggen geplande acties en investeringen, zoals bijvoorbeeld het herstel van habitats of het beheer van beschermde gebieden, om logische redenen helemaal stil. Branden die ontstaan zijn na aanslagen hebben al meer dan 100.000 hectare natuurlijke ecosystemen beschadigd.
Het groene hart van Europa, zoals Oekraïne en de bredere Centraal- en Oost-Europese regio wordt genoemd, is dus hard geraakt, zegt WWF. Oekraïne heeft zeldzame steppe-ecosystemen, moerasgebied aan de kust en uitgestrekte vennen. Het land deelt een deel van de Donaudelta, de op een na grootste rivierdelta van continentaal Europa en het grootste rietveld ter wereld. Het omvat uitgestrekte dennen-, eiken- en berkenbossen. De Karpaten in het westelijke deel van het land herbergen eeuwenoude beukenbossen en alpenweiden.
Zeldzame flora en fauna
Het grondgebied van Oekraïne is de thuisbasis van 35 procent van de Europese biodiversiteit, waaronder 70.000 planten- en diersoorten, waarvan vele zeer zeldzaam zijn en ook alleen maar hier te vinden. Oekraïne heeft Europese bizons en bruine beren, lynxen en wolven, evenals de steur, allemaal bedreigde soorten.
Militair ingrijpen bedreigt deze natuurschatten. De bewegingen van grootschalige militaire voertuigen en explosieven zijn schadelijk voor habitats, zowel binnen als buiten beschermde gebieden. Volgens satellietgegevens van het European Forest Fire Information System hebben branden die ontstaan zijn na aanslagen, al meer dan 100.000 hectare natuurlijke ecosystemen beschadigd. Het State Forest Resources Agency van Oekraïne heeft al 78 keer meer brandincidenten geregistreerd dan vorig jaar in dezelfde periode. Lees verder onder de foto>
Wat het drama nog groter maakt is dat het conflict plaatsvindt in de lente en zomer
Volgens het Oekraïense ministerie van Milieu en Natuurlijke Hulpbronnen zijn ten minste negenhonderd beschermde gebieden – samen 1,2 miljoen hectare of 30 procent van alle beschermde gebieden in Oekraïne – getroffen door beschietingen, bombardementen, olievervuiling en militaire manoeuvres.
Minstens veertien Ramsar-sites – waardevolle moerasgebieden die internationaal erkend zijn door de Ramsar Conventie – worden bedreigd door vernietiging. Het gaat hier over uitgestrekte lagunes en de baaien Karkinitska en Dzharylgatska in de Zwarte Zee, de rivierendelta’s Dnjepr en Desna met hun rijke natuur- en landbouwgebieden.
Wat extra bijdraagt aan dit drama is dat het conflict plaatsvindt in de lente, de periode bij uitstek voor dieren om zich te bewegen op zoek naar voedsel, voortplantingspartners en nestplaatsen. Maar er zijn ook veel indirecte gevolgen van de oorlog met de Russen. Zo werden 26 beschermde natuurgebieden gedwongen hun natuurbeschermingsactiviteiten op te schorten in de regio’s Donetsk, Loehansk, Zaporizia, Cherson, Mykolajiv, Charkov, Sumy, Tsjernihiv, Kiev en de Krim. Waar troepen zich hebben teruggetrokken, zoals rond Kiev of Tsjernihiv, wordt de schade zichtbaar.
Zelfs de beschermde gebieden die niet direct zijn getroffen door oorlogshandelingen, hebben geleden. Veel boswachters en ander personeel zijn namelijk in dienst gegaan van het leger en zijn niet langer beschikbaar voor parkbeheer en handhaving. De overgeblevenen worden getroffen door raketwaarschuwingssystemen, stroomuitval of voedseltekorten, waardoor zij hun werk niet naar behoren kunnen doen.
Talloze beschermde gebieden staan onder druk door de grote aantallen vluchtelingen die er opgevangen worden. Synevir National Park, Carpathian Biosphere Reserve en andere beschermde gebieden in het westelijke deel van Oekraïne hebben aan ten minste 15.000 binnenlandse ontheemden onderdak geboden.
Stroperij en illegale houtkap
Aangezien ook een groot deel van het personeel van de handhavingsinstanties op de vlucht is, dienstplichtig is of niet in staat om hun taak uit te voeren, is het waarschijnlijk dat er meer stroperij zal plaatsvinden van beschermde soorten zoals de steur, en er aan illegale houtkap wordt gedaan. Aanvallen op industriële sites kunnen lucht, water, bodem en zee verontreinigen, wat een onmiddellijke bedreiging vormt voor de gezondheid.
De economie van Oekraïne is grotendeels gebouwd op de zware industrie, vooral in het oosten, waar duizenden industriële complexen, chemische fabrieken, kolenmijnen en andere faciliteiten giftig afval produceren en ook opslaan. Aanvallen op deze locaties kunnen lucht, water, bodem en zee verontreinigen, wat een onmiddellijke bedreiging vormt voor de gezondheid van mensen en op langere termijn veel milieuschade.
WWF maakt zich dan ook ernstige zorgen over de korte- en langetermijneffecten op waterbronnen en zoetwaterecosystemen. De vervuiling herinnert eraan dat water niet gewoon uit een kraan komt, maar ook uit zoetwaterbronnen – rivieren, meren, moerasgebied en grondwater. De vernieling van de energie-infrastructuur kan leiden tot overstromingen van verlaten kolenmijnen die het grondwater kunnen verontreinigen met zware metalen. Wanneer een mijn niet meer werkt, moet er immers voortdurend water uit de ondergrondse schachten en kamers worden gepompt om te voorkomen dat ze overstromen.
Grondwater dat wel binnenkomt, kan verontreinigd raken met zware metalen, die vervolgens de ondergrondse watervoerende lagen en de omliggende bodems kunnen doordringen, waardoor ze ongeschikt worden voor landbouw en menselijke consumptie. Dit is al gebeurd met verlaten kolenmijnen in Oost-Oekraïne en zal nog ernstiger worden naarmate de oorlog voortduurt.
Beschietingen van olie- en gasdepots of infrastructuur zoals pijpleidingen kunnen lekken veroorzaken die rivieren, meren en grondwater aantasten. De milieueffecten van de oorlog zullen niet stoppen als de oorlog eindigt. Verder genereert de oorlog ook grote hoeveelheden militair schroot dat een scala aan vervuilende materialen kan bevatten, het grondwater verontreinigt en gezondheidsrisico’s voor mensen inhoudt.
Luchtvervuiling is een ander ernstig probleem. Branden, rook en dampen veroorzaakt door beschietingen, hebben ernstige gevolgen voor de luchtkwaliteit. Er zijn talloze aanvallen geweest op olie- en gasdepots, opslagfaciliteiten en industriële installaties en fabrieken, waarbij giftige chemische dampen zijn ontstaan.
Uitstel
Uiteraard zijn er ook kosten op het vlak van uitgestelde maatregelen: denk maar aan alle investeringen – onder meer om aan het Klimaatakkoord van Parijs te voldoen – die momenteel in de wacht staan. Het was de bedoeling om tegen 2030 de uitstoot van broeikasgassen met 65 procent te verminderen in vergelijking met 1990.
Een groot deel van de capaciteit voor hernieuwbare energie is gelokaliseerd in het zuiden en oosten van het land waar zware gevechten plaatsvinden. De Oekraïense ngo Ekodiya meldt dat meer dan de helft van de windparken in Oekraïne al zijn stilgelegd of vernield, samen met andere installaties voor hernieuwbare energie. De oorlog vernietigt niet alleen bestaande windturbines en zonnepanelen, maar remt ook verdere investeringen af om de ambitieuze doelstellingen van het land voor het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen te bereiken.
Ook natuurbeschermingsactiviteiten zijn opgeschort. Bijna alle projecten van WWF-Oekraïne zijn op de een of andere manier getroffen, net zoals de activiteiten van andere organisaties. Het uitbreken van de oorlog heeft roet in het eten gegooid voor de geplande verplaatsing van de Europese bizon van Polen naar het Tsjernobyl-biosfeerreservaat in Oekraïne – onderdeel van een meerjarige inspanning om de grootste vrij rondlopende kudde bizons in Europa te creëren op meer dan 200.000 hectare beschermde gebieden die zich uitstrekken van Oekraïne naar Wit-Rusland.
De milieueffecten van de oorlog zullen niet stoppen als de oorlog eindigt – de erfenis van de oorlog zal voelbaar zijn in de vervuiling van water, land en lucht. De taak om deze verontreinigende stoffen te verwijderen, laat staan veilig te verwijderen, zal enorm zijn, maar essentieel.
De wederopbouw van beschadigde gebouwen en infrastructuur zal enorme hoeveelheden middelen vereisen en enorme hoeveelheden broeikasgassen en andere vormen van vervuiling veroorzaken. Ook dit zal moeten opgeteld worden bij het grootboek van de milieukosten van de oorlog. Deze kosten kunnen in ieder geval worden beperkt door ‘terug te bouwen op een betere manier’ – door de principes van de circulaire economie te gebruiken, door strikte klimaat- en biodiversiteitswaarborgen toe te passen en voldoende geld toe te wijzen aan maatregelen op korte en lange termijn voor het bewaken en herstellen van de natuur van Oekraïne.
Rusland aanklagen voor milieumisdrijven tijdens oorlog
Dit verwezenlijken is niet alleen de verantwoordelijkheid van de Oekraïense regering, maar ook van internationale donoren en financiële instellingen. Wij roepen de internationale gemeenschap en ngo’s op om Oekraïne te ondersteunen bij het identificeren en nastreven van de meest efficiënte en effectieve manieren om duurzaam herstel te bereiken. De oorlog is al een ramp voor natuur en milieu en het einde is nog lang niet in zicht. Eerst en vooral moet de oorlog stoppen. Maar als die uiteindelijk wordt beëindigd moeten wij ervoor zorgen dat de investering die erop volgt niet alleen gericht is op het reconstrueren van wat verloren is gegaan, maar ook investeert in een betere en duurzamere toekomst.
Auteurs: Bohdan Vykhor is ceo van WWF Oekraïne, Andreas Beckmann is ceo van WWF Centraal- en Oost-Europa.