Zowel sterfte bij Wlz-zorggebruikers als overige bevolking gedaald
De sterfte bij mensen die zorg ontvingen in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz), zoals bewoners van verpleeghuizen en gehandicaptenzorginstellingen, was in januari 500 meer (10 procent) dan verwacht. In twee van de vier weken was er oversterfte, in de laatste week van januari was de sterfte lager dan de verwachting.
De sterfte onder de overige bevolking was in januari ongeveer 750 hoger dan de verwachte sterfte, wat neerkomt op 9 procent. Alleen in de eerste week van januari was er sprake van oversterfte, in de laatste week is de sterfte ongeveer gelijk aan verwacht.
Sterfte in alle leeftijdsgroepen gedaald
In januari overleden ongeveer 650 meer 80-plussers dan verwacht voor die maand. Dit was 8 procent hoger dan verwacht. Alleen in de eerste week was er oversterfte in deze leeftijdsgroep, de laatste week is de sterfte lager dan verwacht.
Onder 65- tot 80-jarigen overleden in januari naar schatting 500 mensen meer dan verwacht, in drie van de vier weken was er oversterfte. De sterfte was 12 procent hoger dan verwacht.
Voor mensen jonger dan 65 jaar was de sterfte in januari ongeveer 100 meer (6 procent) dan de verwachte sterfte voor die maand. Er was alleen in de eerste week van januari sprake van oversterfte.
Sterfte aan COVID-19 tot en met september 2022 bekend
De cijfers over de (over)sterfte zijn gebaseerd op de berichten over het aantal overledenen die het CBS dagelijks van gemeenten ontvangt. Deze berichten bevatten geen informatie over de doodsoorzaak. Die informatie ontvangt het CBS later via een doodsoorzakenverklaring. Voor alle overledenen tot en met september 2022 is de doodsoorzaak bekend. Volgens deze cijfers 46 285 mensen aan COVID-19 van maart 2020 tot en met september 2022. Naast de coronapandemie is er sinds half december een griepepidemie in Nederland (RIVM).