De verzending van het vaccin, die vanuit de Westelijke Jordaanoever via Israël liep, leidde tot kritiek van Israëlische politici. Verschillende parlementariërs riepen de regering op om de overdracht afhankelijk te stellen van de vrijlating van twee Israëlische burgers die vermoedelijk in Gaza gevangen worden gehouden en de teruggave van de lichamen van twee Israëlische soldaten die in 2014 omkwamen tijdens de oorlog in Gaza.
Op 21 februari zijn er vanuit de Verenigde Arabische Emiraten nog eens 20.000 Spoetnik V-vaccins geleverd. De levering van de vaccins, die waarschijnlijk verzorgd werd door een rivaal van de Palestijnse president Abbas, vond plaats via de Rafah-grensovergang met Egypte. De rivaal, Mohammed Dahlan, kondigde vorige week de levering aan als een ‘genereuze gift’ van Abu Dhabi. Dahlan was tot 2011 een hooggeplaatst lid van Abbas’ Fatah-partij, maar leeft sindsdien vanwege een conflict met Abbas als banneling in de Emiraten. Dahlans betrokkenheid bij de levering van de vaccins wordt door sommigen gezien als een politieke stap in aanloop naar de Palestijnse verkiezingen in mei en juli.
Ondanks de levering van de eerste doses vaccins luidde de Wereldbank op 22 februari de noodklok over de situatie in de Palestijnse gebieden. Uit een rapport van het instituut voor ontwikkelingssamenwerking blijkt dat de Palestijnse gebieden $30 miljoen tekortkomen om het plan om zestig procent van de bevolking te vaccineren uit te kunnen voeren. Israël, wereldleider op het gebied van vaccinatiesnelheid, zou misschien kunnen overwegen om overtollige doses aan de Palestijnen te doneren om het toedienen van vaccins op de Westelijke Jordaanoever en in Gaza te versnellen, aldus de Wereldbank.