In 2021 zijn tot nu toe 294 Palestijnen gedood door het Israëlische leger. Bijna een derde van de dodelijke slachtoffers, 88 in totaal, waren kinderen. De meeste van hen kwamen om tijdens de Israëlische raketbeschietingen op Gaza in mei. Sinds 2014, toen Israël onder de naam ‘Operation Protective Edge’ een groot offensief op Gaza uitvoerde, kwamen er in een jaar niet zoveel kinderen om het leven als gevolg van Israëlische geweld. Volgens Defense for Children International – Palestine zijn er sinds het begin van deze eeuw 2194 Palestijnse kinderen gedood door Israël.
Ondanks de schokkende cijfers neemt Nederland nog altijd geen concrete maatregelen om Israël verantwoordelijk te houden voor het doden van onschuldige kinderen. De stilte van de Nederlandse regering lijkt in grote mate op de Nederlandse reactie op de Grote Mars van Terugkeer. Alleen al tussen maart 2018 en het einde van dat jaar schoten Israëlische soldaten 189 Palestijnse demonstranten bij het grenshek met Gaza dood. Een door de VN-Mensenrechtenraad aangestelde onafhankelijke commissie concludeerde in 2019 dat slechts twee van de in die periode doodgeschoten Palestijnen een bedreiging vormden voor Israëlische militairen.
Intern Israëlisch onderzoek naar de vele Palestijnse doden leidde slechts tot één veroordeling: in oktober 2019 kreeg een scherpschutter een disciplinaire werkstraf van een maand opgelegd. Niet omdat hij de 14-jarige Palestijn Uthman Rami Hillis, die geen bedreiging voor Israëlische troepen vormde, had doodgeschoten maar omdat hij het bevel om te schieten niet had afgewacht. Desondanks heeft minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok (VVD) altijd geweigerd het buitensporige Israëlische geweld tegen de demonstranten in Gaza te veroordelen. In plaats daarvan riep hij in mei 2018 op tot een ‘onafhankelijk, onpartijdig, prompt en gedegen’ onderzoek van Israël. Hij voegde daar aan toe dat hij na de zomer van 2018 een rapport van Israël verwachtte. Ruim drie jaar later is dat rapport er nog steeds niet, en blijven ook Nederlandse sancties nog altijd uit. Hier ligt dus nog een schone taak voor Sigrid Kaag die Stef Blok inmiddels als minister van Buitenlandse Zaken is opgevolgd.