Karmeliet Anno Sjoerd Brandsma, was een van de vroege en compromisloze nazi-tegenstanders. Omdat het regime hem als een ‘vijand van de nationaal-socialistische zaak’ beschouwde, belandde hij in de gevangenis en later in een concentratiekamp. Op 26 juli 1942 werd hij daar in opdracht van de kampdokter door een injectie vermoord; hij stierf officieel aan een darminfectie.
Brandsma bleef ook na zijn wijding trouw aan de wetenschap en was onder meer stichtend rector en voorzitter van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Hij was ook actief als journalist. In 1935 werd hij geestelijk adviseur van de Katholieke Vereniging van Journalisten. Hij waarschuwde al vroeg voor het gevaar van het nationaal-socialisme, noemde het een “zwarte plaag” en hekelde het als “heidens”. Hij veroordeelde krachtig de vervolging van de Joden. Hiervoor beledigden Nederlandse nazi-sympathisanten hem als “communist” en “vriend van de joden“.
De Nederlandse Karmelieten promootten sinds het midden van de jaren vijftig de Zaligverklaring van Brandsma. De verpleegster die hem de dodelijke spuit gaf, getuigde dat Brandsma haar en de andere kampbewakers had vergeven. In november 1985 verklaarde Paus Johannes Paulus II Brandsma zalig.