De vroegere dominantie van Europa smelt weg
Met de nieuwe creaties van afgelopen weekeinde komen nu één of meer Kardinalen (onder de 80) uit maar liefst 68 landen – dat is nog nooit vertoond. Stemgerechtigd voor de opvolging van Johannes Paulus II waren in 2005 Kardinalen uit 52 landen. Bij het laatste Conclaaf in 2013, na het aftreden van Benedictus XVI, kozen Kardinalen uit 48 landen.
Eind 2019 zijn het nu 68 landen, daaronder soms vele uit landen met (zeer) weinig Katholieken, die vaak ook nog voor het eerst in hun bestaan een Kardinaal ‘leveren’: Tonga bijvoorbeeld, voormalig Nederlands Papoea-Nieuw-Guinea, Burkina Faso, de Kaapverdische eilanden of de Centraal-Afrikaanse Republiek.
De vroegere dominantie van Europa smelt weg. Uit Europa komen nog slechts 52 van de (sinds medio oktober) 124 ‘Papabile’ Kardinalen, dus nog 42 procent. Uit Latijns-Amerika komen er 23 ( 18,5 procent), uit Afrika 17 ( 13,7 procent), Azië 16, Noord-Amerika (zonder Mexico) 13 en Oceanië/Australië 3.
Rekenkundig zou men een ‘westelijke’ meerderheid kunnen vormen als men de kiesgerechtigde Kardinalen uit Europa en Noord-Amerika samen neemt (52,5 procent).