De daling van het aantal gelovigen heeft niet alleen te maken met de pandemie maar met een trend waarbij steeds meer Spanjaarden het geloof ‘vaarwel’ zeggen. Op dit moment zegt 58,8% van de inwoners van Spanje gelovig te zijn tegenover 37,1% die zeggen niet-gelovig te zijn. Maar van het aantal gelovigen geeft slechts 17,5% aan praktiserend te zijn. 2,5% is aanhanger van een andere godsdienst dan het Rooms-Katholicisme in Spanje.
Jongeren
Met name de jongere inwoners geloven niet meer in God en kerk. Van de Spanjolen tussen 18 en 24 jaar zegt 63,5% niet-gelovig te zijn terwijl dit bij de leeftijdsgroep 25 tot 34 jaar 56,2% is. Van de 65-plussers geeft 21,1% aan niet gelovig te zijn.
Gelovig wil niet meteen zeggen dat het om praktiserende gelovigen gaat. Wanneer gevraagd wordt naar de frequentie van de kerkgang dan zegt 33,8% nooit naar een kerk te gaan en 19,7% geeft aan bijna nooit naar een kerk te gaan, terwijl 21,2% zegt meerdere keren per jaar een kerk te bezoeken. 7% zegt één of twee keer per jaar, 13,1% zegt iedere zondag en feestdagen en 4,6% geeft aan diverse keren per week naar de kerk te gaan.
Kerkbelasting
Op het Spaanse inkomstenbelastingformulier staat een vakje waarop men als belastingbetaler kan aangeven of men een klein deel wil doneren aan de kerk in Spanje. In veel gevallen is dat vakje al automatisch aangevinkt en moet men dat dus zelf weghalen. Het aantal belastingbetalers dat het vinkje wel laat staan is ieder jaar aan het dalen. De kerk ontvangt sinds 2007 0,7% van de loonbelasting (IRPF). In 2020 was dat goed voor 295,5 miljoen Euro wat door 7,3 miljoen belastingbetalers werd geschonken aan de kerk. In 2019 was dat bedrag nog 301 miljoen Euro.