- Bitcoin heeft niet alleen een enorme energie- en klimaatafdruk
- Ook enorm gebruik van land en water
- VN-studie brengt impact in 76 landen in kaart
-Brussel- Bitcoin en andere cryptomunten hebben niet alleen een enorme CO2-afdruk, maar ook een grote impact op water- en landgebruik in veel landen. Dat blijkt uit een studie in opdracht van de VN.
Cryptomunten als Bitcoin staan al langer onder druk om hun energie-afdruk. De creatie van de munten – “crypto mining” – is een complex proces met geavanceerde hard- en software, en dat vreet immers energie. Vorig jaar nog bleek uit een studie dat de klimaatschade van Bitcoin tussen 2016 en 2021 gemiddeld 35 procent van zijn marktwaarde bedroeg. Dat komt in de buurt van die van benzine uit olie (41 procent), stroom uit aardgas (46 procent) of rundsvlees (33 procent).
Maar de milieuschade beperkt zich lang niet alleen tot het klimaat, blijkt uit nieuwe cijfers van de United Nations University. Die heeft niet alleen het energieverbruik maar ook de impact op het water- en landverbruik onderzocht in 76 landen. De onderzoekers richten zich vooral op Bitcoin, omdat het een oudere munt is die breder aanvaard is dan veel andere munten.
Stroom en uitstoot
Als Bitcoin-mining een land zou zijn, zou het wereldwijd nu al het 27ste grootste energieverbruik ter wereld hebben, blijkt uit de studie. En dat verbruik stijgt snel: in 2020 en 2021 verbruikt de technologie 173 terawatt stroom, 60 procent meer dan in de twee jaar ervoor.
De klimaatrekening: 86 megaton CO2, voornamelijk omdat vooral fossiele brandstoffen worden gebruikt in de landen waar veel mining gebeurt. China, de VS en Kazachstan hebben de grootste energie- en klimaatafdruk.
Water en land
Wereldwijd verbruikte mining in de voorbije twee jaar 1,65 miljoen liter water – of zo’n 660.000 Olympische zwembaden. China, de VS en Canada vormen de top 3. Maar ook landen met relatief gebrek aan water, zoals Kazachstan en Iran, staan in de top 10.
De studie keek ook naar hoeveel land gebruikt wordt voor mining. De oppervlakte voor de servers zelf is verwaarloosbaar, zegt onderzoeker Kaveh Madani, maar voor de productie van de nodige energie zijn wel grote oppervlaktes nodig: wereldwijd 1870 vierkante kilometer. In China alleen al is dat 931 vierkante kilometer, in de VS zo’n 303. Maar terwijl de oppervlakte in China daalt, stijgt het areaal in de VS.
Getroffen landen
Volgens Madani zijn de resultaten “niet enkel erg interessant, maar ook zorgwekkend”, ondermeer omdat de vraag zo snel stijgt. “Heel wat opwindende nieuwe technologieën hebben een verborgen kost die we ons niet realiseren bij het begin”, zegt hij. “We introduceren iets nieuws, het wordt gemeengoed, en pas dan realiseren we ons de consequenties.”
China en de VS scoren steevast het hoogste in alle onderzochte milieucategorieën, gevolgd door een waaier aan landen als Kazachstan, Maleisië, Iran en Thailand. Die landen hosten vaak servers van bedrijven uit het buitenland, en subsidiëren die zelfs in sommige gevallen. Ook Canada, Duitsland en Rusland scoren consequent hoog.
Sommige landen zien de impact daarvan nu al op hun infrastructuur en grondstoffen. In 2021 kreeg Iran met stroompannes te maken, volgens de overheid omdat crypto mining te veel stroom opeiste van de waterkrachtcentrales in het land tijdens een droogte. Mining werd toen tijdelijk verboden.
Ook China verbood in juni 2021 mining en transacties met cryptomunten, waarop veel miners uitweken naar andere landen zoals de VS en Kazachstan, die hun aandeel in de markt met respectievelijk 34 en 10 procent zagen stijgen.