Nederland in 2050

Leestijd: 5 minuten

Vrijdag 28 juni 2024 ~08:04 uur ~ Bron: Redactie Binnenland/CBS/Ruben van Gaalen ~ Beeld: Publiek domein

Meer ouderen en meer hoogopgeleiden

 -Heerlen- Het aantal ouderen in de bevolking zal in de toekomst toenemen, ongeacht de omvang van de migratie. Het aantal mensen van 20 tot 65 jaar kan tot 2050 krimpen als er jaarlijks minder migranten naar Nederland komen dan verwacht. Ook zal deze leeftijdsgroep in 2050 hoger opgeleid zijn dan nu. Dit blijkt uit het onderzoek ‘Verkenning Bevolking 2050 editie 2024’, dat het CBS in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft uitgevoerd.

De eerder gepubliceerde Bevolkingsprognose 2023-2070 van het CBS beschrijft de meest waarschijnlijke toekomstige bevolkingsontwikkeling, maar kent ook onzekerheden. Daarom zijn voor dit onderzoek zeven toekomstvarianten uitgewerkt die laten zien hoe de bevolking er in 2050 uit kan zien als het aantal kinderen, de levensverwachting en de migratie zich anders ontwikkelen dan in de Bevolkingsprognose wordt verondersteld.

Tussen 17,8 en 21,8 miljoen inwoners in 2050

De bevolking van Nederland kan groeien tot 21,8 miljoen inwoners in 2050, wanneer de levensverwachting, het kindertal en de migratie meer toenemen dan verwacht (variant Groei). Als dit allemaal lager uitvalt dan verwacht zal de bevolkingsomvang ongeveer gelijk blijven aan nu (variant Krimp). In variant Grijs, waarin de levensverwachting het hoogst is van alle varianten, neemt het aantal 65-plussers toe naar 5,4 miljoen (50 procent meer dan in 2023). In variant Groen, waarin het kindertal het hoogst is van alle varianten, groeit het aantal 0- tot 20-jarigen naar 4,7 miljoen (25 procent meer dan in 2023). Lees verder onder de afbeelding>

Het aantal ouderen zal toenemen

 

Steeds meer ouderen

In 2023 woonden er in Nederland 3,6 miljoen 65-plussers, 20 procent van het totaal aantal inwoners. In alle bevolkingsvarianten neemt het aantal mensen in de leeftijdsgroep 65 jaar en ouder toe, zowel in absolute als in relatieve zin. Dat is ook zo als de levensverwachting, maar beperkt stijgt. In variant Groen, waarin er veel kinderen worden geboren en mensen minder lang leven dan verwacht, is het aandeel 65-plussers in 2050 het laagst; 21 procent. In de variant Grijs is het aandeel 65-plussers in 2050 het hoogst (28 procent). Het aandeel 65-plussers is ook hoog in Lage migratie (26 procent) mede door de relatief lage instroom van migranten die vooral tussen de 20 en 40 jaar zijn.

Binnen de groep ouderen is er een verschil tussen het jongere deel (65 tot 80 jaar) en het oudste deel (80 jaar en ouder). De groep 65 tot 80 jaar blijft relatief gezien in alle varianten ongeveer even groot als in 2023. Het aandeel 80-plussers verdubbelt in de meeste varianten. Dat komt doordat de naoorlogse generatie die tot de jaren ’70 werd geboren omvangrijk is in vergelijking met de generaties na hen. In 2050 zal een aanzienlijk deel van hen nog leven en dan tot de 80-plussers behoren.

Bij een laag migratiesaldo krimpt bevolking van 20 tot 65 jaar

In 2023 woonden er in Nederland 10,5 miljoen mensen tussen 20 en 65 jaar. Dit is 59 procent van de bevolking. Als het migratiesaldo (immigratie min emigratie) de komende decennia lager is dan verwacht, kan deze groep afnemen met bijna 400 duizend (variant Krimp) of 600 duizend mensen (variant Lage migratie) in 2050.

In de varianten met een hoog migratiesaldo neemt deze groep juist toe, met 1,1 miljoen (variant Arbeid) tot 1,3 miljoen (variant Groei). Of er veel of weinig migranten naar Nederland komen heeft veel invloed op de omvang van deze leeftijdsgroep, omdat de meeste migranten twintigers en dertigers zijn. Lees verder onder de afbeelding>

Het aantal migranten zal toenemen

 

In 2050 meer hoogopgeleiden dan nu

Van de 20- tot 65-jarigen had 37 procent in 2023 een hbo- of universitair diploma. Dit zal naar verwachting toenemen tot 47 procent in 2050. Het aandeel personen in deze leeftijdsgroep met maximaal een vmbo-diploma daalt naar verwachting van 19 naar 13 procent. Dit komt vooral doordat de huidige twintigers en dertigers gemiddeld hoger opgeleid zijn dan de oudere generaties. Dit werkt in alle varianten op soortgelijke wijze door. Het aandeel mensen met een havo-, vwo- of mbo-diploma zal in deze leeftijdsgroep min of meer gelijk blijven. In 2023 was het aandeel vrouwen met een hbo- of universitair diploma groter dan dat voor mannen, 38 tegen 35 procent. In 2050 zal dit verschil nog wat groter zijn.

Meer inwoners geboren buiten Nederland

Het aantal inwoners dat is geboren buiten Nederland zal zeer waarschijnlijk groeien tot 2050. Als de migratie hoog is, verdubbelt dit aantal bijna, van 2,8 miljoen in 2023 naar 5,5 miljoen in 2050. Maar ook als de migratie lager is dan verwacht zal het aantal inwoners dat is geboren buiten Nederland toenemen. Deze groep zal anders samengesteld zijn dan nu het geval is. Dit blijkt uit het onderzoek ‘Verkenning Bevolking 2050 editie 2024’ dat het CBS in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft uitgevoerd.
De eerder gepubliceerde Bevolkingsprognose 2023-2070 van het CBS beschrijft de meest waarschijnlijke toekomstige bevolkingsontwikkeling, maar kent ook onzekerheden. Daarom zijn voor dit onderzoek zeven toekomstvarianten uitgewerkt die laten zien hoe de bevolking er in 2050 uit kan zien als het aantal kinderen, de levensverwachting en de migratie zich anders ontwikkelen dan in de Bevolkingsprognose wordt verondersteld.

Groei aantal inwoners geboren buiten Nederland naar 3,4 tot 5,5 miljoen

Begin 2023 telde Nederland 17,8 miljoen inwoners, waarvan er bijna 2,8 miljoen (16 procent) in het buitenland waren geboren. Deze groep zou bij een relatief laag jaarlijks gemiddeld migratiesaldo (immigratie min emigratie) tot 2050 kunnen toenemen tot 3,4 miljoen mensen (variant Lage migratie). Bij een relatief hoog migratiesaldo kan dit oplopen tot bijna 5,5 miljoen mensen (varianten Arbeid en Groei). Ook het aandeel inwoners dat geboren is buiten Nederland groeit, naar 19 procent van de bevolking in de variant Lage migratie tot 26 procent van de bevolking in de variant Arbeid in 2050.

In 2023 waren er 15,0 miljoen inwoners geboren in Nederland. Dit kan afnemen naar 13,9 miljoen (variant Krimp) of toenemen naar 16,4 miljoen (variant Groei). Volgens alle varianten zal de in Nederland geboren bevolking met een buitenlandse herkomst toenemen en met een Nederlandse herkomst afnemen. In 2023 had 73 procent van de totale bevolking een Nederlandse herkomst. In 2050 zal nog 66 procent van de mensen een Nederlandse herkomst hebben als de migratie laag is (variant Lage migratie). Bij een hoog migratiesaldo (varianten Arbeid en Groei) kan het aandeel mensen met een Nederlandse herkomst dalen naar 58 procent.

Veranderende samenstelling van inwoners geboren buiten Nederland

In het verleden kwamen veel mensen naar Nederland vanuit Turkije, Marokko, Suriname, Indonesië en de Nederlandse Cariben (de zogenoemde klassieke migratielanden). Door uitbreiding van de Europese Unie (EU), een meer internationale arbeidsmarkt en toegenomen asielmigratie is het aantal verschillende herkomstgebieden van migranten toegenomen. Er zullen steeds meer mensen uit steeds meer verschillende geboortelanden in Nederland wonen. In 2023 kwam 28 procent van de migranten uit de klassieke migratielanden. Dit kan in 2050 zijn afgenomen naar 14 procent (variant Arbeid) tot 19 procent (variant Lage migratie). De aantallen migranten met een herkomst uit asielmigratielanden of arbeids- en studiemigratielanden buiten de EU zullen verhoudingsgewijs toenemen.

Toenemend deel van de 20-jarigen tot AOW-leeftijd geboren buiten Nederland in 2050

In 2023 waren er 10,1 miljoen inwoners tussen 20 jaar en de AOW-leeftijd. In de varianten Krimp en Lage migratie blijft dat aantal ongeveer gelijk, in de andere varianten neemt het iets toe, tot 10,3 miljoen in de variant Groei.

Er zullen in 2050 meer mensen met een geboorteland buiten Nederland zijn in de leeftijdsgroep 20 tot aan de AOW-leeftijd. Deze groep zal toenemen met een aantal tussen 0,3 miljoen (variant Lage migratie) en 2,1 miljoen (varianten Arbeid en Groei). In alle varianten zullen migranten uit arbeids- en studiemigratielanden buiten de EU de grootste groep vormen van alle migranten.

Het aantal mensen dat is geboren in Nederland met een herkomstland buiten Nederland neemt ook toe in deze leeftijdsgroep, met een aantal tussen 0,5 miljoen (variant Krimp) en 0,7 miljoen (variant Groei). Het aantal mensen dat is geboren in Nederland met een Nederlandse herkomst in de leeftijdsgroep 20 tot AOW-leeftijd neemt in alle varianten af.