-Heerlen- In 2023 gaf 42 procent van Nederlanders van 15 jaar of ouder aan bij een geloofsgemeenschap te horen. In 2013 was dit nog 53 procent. 75-plussers rekenden zich het vaakst tot een geloofsgemeenschap. Dit meldt het CBS op basis van het onderzoek Sociale samenhang en welzijn.
Meer gelovigen onder ouderen
Vrouwen (44 procent) geven vaker dan mannen (39 procent) aan deel uit te maken van een geloofsgemeenschap. Vooral ouderen rekenen zichzelf tot een religie. Zo zegt 63 procent van de 75-plussers dat zij bij een geloofsgemeenschap horen. Dat is twee keer zo veel als bij de jongste leeftijdsgroepen: 3 op de 10 mensen van 15 tot 35 jaar rekenen zichzelf tot een geloofsgemeenschap.
Moslims zijn relatief jong
Van de drie grootste geloofsgemeenschappen in Nederland, zijn mensen die zichzelf rooms-katholiek of protestant noemen gemiddeld met 59 en 54 jaar het oudst. Een groot gedeelte van deze religieuze groepen bestaat uit 65-plussers. Slechts een klein gedeelte is jonger dan 25 jaar.
Mensen van 15 jaar en ouder die zichzelf moslim noemen zijn relatief jong, gemiddeld 36 jaar oud. Iets meer dan een kwart van hen is jonger dan 25 jaar. Daarnaast is slechts 4 procent 65 jaar of ouder.
Bezoek religieuze diensten stabiel
Van de mensen die zich tot een geloofsgemeenschap rekenen, bezocht 18 procent in 2023 minimaal wekelijks een religieuze dienst. Dit percentage is al jaren stabiel. In 2013 was dit ook 18 procent. In 2023 bezocht 6 procent van de katholieken minimaal wekelijks de kerk. Bij de protestanten was dit 33 procent. Van de moslims ging 27 procent minimaal wekelijks naar de moskee.
Tijdens de coronapandemie in 2020 en 2021 was bezoek aan religieuze diensten lang niet mogelijk vanwege coronamaatregelen.
1 op de 5 gelovigen volgt dienst wekelijks via media
Van de mensen die zich tot een geloofsgemeenschap rekenen, volgt 38 procent weleens een dienst via radio, tv of internet. 20 procent doet dit wekelijks. Bijna 4 op de 10 gelovigen die wekelijks een dienst via media volgen, gaan ook wekelijks naar een fysieke dienst.