– IJSSELSTEIN- Zijn gouden priesterjubileum werd uitgesteld omdat hij in het ziekenhuis lag. Het 55-jarig jubileum werd wegens omstandigheden in de huiselijke kring niet gevierd. Zijn 60-jarig jubileum – officieel op 20 juli – is inmiddels wél gevierd: “Op 8 juli, voor de vakantieperiode”, lacht emeritus priester Wim van Wijk.
Zijn stem is onveranderd, hij is onder behandeling bij vijf medisch specialisten, maar heeft gister nog 125 kilometer op de electrofiets gefietst en ondanks zijn leeftijd – bijna 87 – is zijn geest scherp. “Ik ben er dankbaar voor”, zegt hij.
De tijd van voorgaan en preken ligt al 19 jaar achter hem, maar hij doet zo nu en dan een uitvaart en om de week op woensdagochtend9.30 uur gaat hij voor in de mis in de Nicolaasbasiliek. Geen huwelijken? “Die zijn er niet zoveel meer in de kerk”, is zijn nuchtere constatering.
Het voert hem terug in de tijd. “Het is afgebrokkeld. in de hoogtijdagen waren er in het weekend acht vieringen, nu is er nog maar een en we zijn al blij als er 200 mensen komen. En dat zijn vooral ouderen.” Ook de eerstecommunicanten worden steeds schaarser. “Vroeger waren het hele klassen. Nu gebeurt de voorbereiding kleinschalig buiten de school.” De parochies gaan samen en wat rest zijn de geloofsgemeenschappen. “Die ontwikkelingen zijn al jaren gaande. Het geloof is in de marge van de samenleving terechtgekomen. Geloven is niet meer vanzelfsprekend en mensen zijn ook andere geestelijke voedingsbronnen en uitingen gaan zoeken. Er zal wel ooit een kentering komen, maar dat moet van onderaf komen en kan niet door de kerk worden opgelegd.”
De Nicolaasparochie is veranderd in Geloofsgemeenschap van de H.Nicolaas en onderdeel van de parochie van de H.Drie-eenheid. “De gemeenschappen blijven bestaan met hun eigen sterke en zwakke kanten, maar het moeten geen gezelligheidsclubs worden. We hebben een prachtig kerkgebouw, maar het gaat om meer dan dat: om catechese, koren, liturgie en diaconie. Het priesterschap zou aantrekkelijker moeten worden, zodat meer mensen zich geroepen voelen om er te werken. Nu is het wat behoudend; dat maakt het voor jongeren minder aantrekkelijk.”
Met enthousiasme beantwoordt hij zijn mobiele telefoon. “Ik lijk wel een receptionist”, grapt hij. “Ik heb nog veel contacten ook al ben ik geen pastoor meer. Iemand zei eens dat je als emeritus priester 50 kilometer vanaf je oude parochie moet gaan wonen. Maar daar had ik geen zin in. Mijn huisgenote Ellen werkte nog in de pastorie toen ik in 1999 met emeritaat ging en zorgde voor mij in het huis waar ik nu nog woon. Haar overlijden in 2014 was een klap. We zijn vanaf 1982 met elkaar opgetrokken. Ik ben blij dat ik me zelfstandig kan redden met de hulp die ik nu van anderen nog heb.”
Bron: Parochie foto: parochieverband