Paus in Mongolië: “size doesn’t matter”

Leestijd: 4 minuten
[su_heading]Zondag 3 september 2023 – 06:12 uur – Bron: Redactie Kerk/ADN/KNA – Beeld: Kane Nori[/su_heading]

 -Ulaanbaatar- Op zijn tweede dag in Mongolië ontmoette Paus Franciscus de geestelijkheid die voorgaat in de kleine Rooms Katholieke kudde van het land. Hij vertelde hen dat zij zich geen zorgen hoeven te maken over aantallen en dat God van kleinheid houdt. Het land kent tussen de 1400 en 1500 Rooms-Katholieken. Lees verder onder de reclame>

Paus Franciscus sprak ook uitvoerig over de bijdrage van de Roomse Kerk in het land voor wat betreft sociale initiatieven en de solidariteit en broederschap met het ganse volk en benadrukte dat de regering niets te vrezen heeft van de Kerk of haar vertegenwoordigers.

Mariabeeld

In zijn toespraak van 2 september merkte de Paus op dat het beroemde Mariabeeld van Onze-Lieve-Vrouw ten Hemelopneming in Mongolië, dat zich bevindt in de Kathedraal van de H. Petrus en Paulus in Ulaanbaatar, was gevonden op een vuilnisbelt.

Hij verwees naar de speciale betekenis die moeders hebben in de Mongoolse samenleving en zei dat de locatie waar het beeld werd gevonden “een tastbaar teken is van Maria’s altijd milde en zorgzame aanwezigheid”.

“Op een vuilnisbelt ‘verscheen’ dit prachtige beeld van de Onbevlekte Moeder. Zelf vrij van zonde, wilde Zij zo dicht bij ons komen dat Zij afdaalde naar de  minste plek van de samenleving, opdat uit de vuiligheid van een vuilnisbelt de zuiverheid van de Heilige Moeder God’s kon schijnen,” aldus de Paus.

Volgens de overlevering vond een Boeddhistische vrouw met de naam Tsetsegee het beeld bijna 20 jaar geleden op een vuilnisbelt in Darkhan, voordat Missionarissen in het gebied aankwamen. Uiteindelijk schonk zij het beeld aan de Missionarissen en werd het in december 2022 door de huidige Apostolische Prefect, Kardinaal Giorgio Marengo, in de Kathedraal van Ulaanbaatar geplaatst. Gisteren zegende Paus Franciscus het beeld.

Maria, zei de Paus, biedt de zekerheid dat “klein zijn geen probleem is, maar een hulpbron” en dat “God van kleinheid houdt en daardoor graag grote dingen tot stand brengt”.

“Broeders en zusters, wees niet bezorgd over kleine aantallen Katholieken hier, beperkt succes of schijnbare onbelangrijkheid. Zo werkt God niet,” zei hij en hij spoorde de Mongoolse Roomsen aan zich toe te vertrouwen aan Maria’s zorg, “vragend om een hernieuwde ijver en een vurige liefde die onvermoeibaar en vreugdevol getuigt van het Evangelie.” Lees verder onder de reclame>

Sovjet-Unie

Katholieken in Mongolië vormen een kleine minderheid, met minder dan 1500 leden in een land dat voor ongeveer 53 procent Boeddhistisch is, waarvan de meesten het Tibetaans Boeddhisme aanhangen en waar het wantrouwen tegenover religieuze invloeden van buitenaf nog steeds groot is in de voormalige communistische natie.

Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1992 werd de Godsdienstvrijheid in Mongolië hersteld en begon het land nieuwe religieuze tradities te verwelkomen, waaronder het Katholicisme.

Ondanks de over het algemeen goede betrekkingen tussen Kerk en staat, zijn er nog steeds problemen, met name op het gebied van visa en de betrokkenheid van de staat bij de oprichting van nieuwe parochies.

Vaak krijgen Missionarissen in Mongolië, hoe lang zij er ook wonen of hoe goed zij de taal ook spreken, alleen een kortetermijnvisum, hetgeen betekent dat zij om de drie maanden naar het buitenland moeten reizen zonder de zekerheid te hebben of zij weer worden toegelaten. Vaticaan-woordvoerder Matteo Bruni zei zaterdag dat deze kwestie hoog op de gespreksagenda van de Paus staat. Lees verder onder de reclame>

Paus Franciscus benadrukte de verschillende sociale initiatieven van Kerkelijke zijde in Mongolië, waaronder landbouwprogramma’s gericht op het zelf kweken van groenten in kassen bij particuliere huizen om armoede en ondervoeding tegen te gaan, evenals de stichting van kleuterscholen en ondersteuningsprogramma’s voor vrouwen die te maken hebben met huiselijk geweld.

Geestelijkheid

Franciscus moedigde de geestelijkheid aan om een eenvoudig en sober leven te leiden en niet boven maar naast de mensen te staan en hen dienen door hun taal en cultuur te leren en een voorbeeldig leven te leiden.