Paus ontmoet kerkleiders van Indonesië

Leestijd: 2 minuten

Donderdag 5 september 2024 ~ 08:13 uur ~ Bron: Redactie Kerk/ADN ~ Beeld: Sigit Setiawan

-Jakarta-  Paus Franciscus heeft een ontmoeting gehad met een grote delegatie bisschoppen, priesters, diakens, religieuzen, seminaristen en catechisten van Indonesië. Met hen dacht hij na over het motto van zijn reis: Geloof, Broederschap en Mededogen.

“Geloof, in een land met zoveel rijkdom aan natuur, waarin je God herkent, moet bewonderd worden met de nederige ogen van een kind. Broederschap, elkaar verwelkomen, gelijkheid in verscheidenheid erkennen. Het verkondigen van het Evangelie betekent niet dat je je eigen geloof oplegt of contrasteert met dat van anderen, maar eerder dat je de vreugde van de ontmoeting met Christus geeft en deelt, altijd met groot respect en broederlijke genegenheid voor elke persoon. En mededogen, dat verbonden is met broederschap, wat de wereld draaiende houdt, het staat vaak haaks op iemands eigen belangen, die doorgaans uiteindelijk de schepping vernietigen en gemeenschappen verdeelt”, aldus de Paus.

Het geloof van het Indonesische volk

“Indonesië is een groot land, met overvloedige natuurlijke hulpbronnen, vooral flora, fauna, energiebronnen en grondstoffen. Een rijkdom, zo vertelde hij hen, die, als ze met een open geest en hart wordt bekeken, kan dienen om God op te roepen, het is een bewijs van zijn aanwezigheid in de kosmos en in ons leven. Het is in feite de Heer die ons dit alles geeft. Er is geen centimeter van het prachtige Indonesische grondgebied, geen moment in het leven van elk van zijn miljoenen inwoners dat niet zijn geschenk is, een teken van zijn vrije en voorzienige liefde als Vader, zei de Paus.

Broederschap

Voor de Paus betekent levende broederschap het verwelkomen van elkaar, het erkennen van gelijken in diversiteit. Dat is ook een gewaardeerde waarde in de traditie van de Indonesische kerk, stelde hij, en komt tot uiting in de openheid waarmee zij zich verhoudt tot de verschillende realiteiten die haar vormen en omringen, zowel op cultureel, etnisch, sociaal als religieus gebied.

Compassie, zo merkte Franciscus op, is nauw verbonden met broederschap. Compassie betekent niet alleen het geven van aalmoezen aan broeders en zusters in nood ‘door hen van top tot teen te bekijken, vanuit de ‘toren’ van de eigen veiligheid en privileges’, integendeel, een hechte band met elkaar krijgen en onszelf van alles ontdoen, dat is de manier om echt in contact te komen met degenen die gevallen zijn en hen zo op te richten en de hoop te herstellen (vgl. Brief Fratelli tutti, 70),” voegde hij eraan toe.

Ten slotte zei de Paus dat er mensen zijn die mededogen vrezen, omdat ze het als een zwakte beschouwen, en in plaats daarvan verheerlijken ze ‘alsof het een deugd is’ de sluwheid van degenen die hun eigen belangen volgen, afstand nemen met iedereen, zonder toe te staan zelf ‘aangeraakt’ te worden ‘voor niets of niemand, in de overtuiging dat ze slimmer en vrijer zijn door hun eigen doelen na te jagen’. Een verkeerde manier om de werkelijkheid te zien, zo benadrukte hij.

Wat de wereld draaiende houdt zijn niet de berekeningen van eigenbelang die uiteindelijk de schepping vernietigen en gemeenschappen verdelen, maar eerder de overdadige liefdadigheid. Mededogen vertroebelt de authentieke visie op het leven niet, integendeel, het zorgt ervoor dat we de dingen beter zien, in het licht van de liefde.