Pro-Poetinbeweging groeit in voormalige Sovjetlanden – hoe komt dat?

Leestijd: 4 minuten

A N A L Y S E

Van het voormalige Oost-Duitsland en Hongarije tot Azerbeidzjan en Georgië: in veel voormalige Sovjetlanden groeien pro-Russische politieke krachten. Hoogleraar Internationale Veiligheid Stefan Wolff analyseert het fenomeen.

 

Vrijdag 6 september 2024 ~ 09:13 uur ~ Bron: Redactie Wereld/IPS ~ Beeld: MB

-Birmingham- Terwijl Rusland Oekraïense steden blijft bestoken met luchtaanvallen en oprukt langs de frontlinie in de Donbas, tonen de regionale verkiezingen in twee staten in Oost-Duitsland een toename van de steun voor partijen aan de extreemrechtse en extreemlinkse kant.

Vooral opvallend daarbij is dat beide kanten zich verzetten tegen steun aan Oekraïne, en een visie op oorlog in Oekraïne aanhangen die veel meer strookt met die van het Kremlin. Ze geven het Westen de meeste schuld voor de provocatie van Rusland en spelen in op de angst om meegesleurd te worden in een grootschalige militaire confrontatie met Moskou.

Voormalige Sovjetlanden

Die denkbeelden – en hun succes op het stembiljet – zijn niet beperkt tot het voormalige Oost-Duitsland. Ook andere landen in Centraal- en Oost-Europa die tot 1989 onder Sovjetcontrole stonden, zagen soortgelijke sentimenten opkomen, met name in de EU- en NAVO-lidstaten Slowakije en Hongarije.

Hetzelfde geldt voor sommige staten die vroeger deel uitmaakten van de Sovjet-Unie, zoals Azerbeidzjan en Georgië. Het weerspiegelt een merkwaardige mix van angst, wrok en nostalgie. Dat betekent niet dat de Sovjetunie in alle stilte wordt hersteld, maar het wijst wel op een ideologische consolidatie in ten minste een deel van die regio.

Hongarije

In Hongarije wordt de pro-Russische positie vooral geassocieerd met de populistische premier van het land, Viktor Orbán. Hij is sinds 2010 aan de macht en heeft zichzelf en zijn land afgekeerd van de liberaal-democratische idealen die hij eind jaren 1980 en begin jaren 1990 omarmde.

Dat heeft ertoe geleid dat de Europese Commissie en het Europees Parlement Orbán hebben veroordeeld wegens het ondermijnen van de democratie en de rechtsstaat.

Het Europees Hof van Justitie heeft Hongarije een boete van 200 miljoen euro opgelegd wegens het opzettelijk overtreden van de EU-asielregels. Niets van dat alles weerhield Orbán ervan om in 2022 een vierde opeenvolgende overwinning te behalen bij de nationale verkiezingen, maar het bracht zijn alliantie wel onder de 50 procent van de stemmen bij de Europese parlementsverkiezingen in 2024.

Maar hoewel hij voor het eerst in twee decennia minder dan de helft van de stemmen behaalde bij de Europese verkiezingen, verhardde Orbán zijn pro-Poetin-standpunt. Hij was de eerste premier van een EU- en NAVO-lidstaat die Poetin de hand schudde. In juli herhaalde hij die stunt, amper enkele dagen nadat Hongarije in juli 2024 het roterende voorzitterschap van de EU op zich nam.

Slowakije

Zijn Slowaakse ambtgenoot, Robert Fico, herwon in oktober 2023 het premierschap van zijn land, ook met een meer pro-Russische en anti-Oekraïense koers.

In tegenstelling tot Orbán is Fico een linkse populist. Hij heeft inmiddels ook zijn standpunt over Oekraïne gematigd na een bezoek aan Kiev in januari van dit jaar. Toch was het bredere pro-Russische sentiment onder het grootste deel van het electoraat duidelijk zichtbaar tijdens de presidentsverkiezingen in april 2024.

Ook buiten de NAVO en de EU zoeken leiders toenadering tot Poetin. Een voorbeeld is de langzittende heerser van Azerbeidzjan, Ilham Aliyev, die Moskou in april 2024 bezocht en Poetin in augustus verwelkomde in Bakoe.

Sinds het begin van de oorlog tegen Oekraïne in februari 2022 is Azerbeidzjan van cruciaal belang voor Rusland: het biedt toegang tot essentiële handelscorridors om westerse sancties te omzeilen. Een daarvan is de internationale noord-zuid transportcorridor die Rusland via Azerbeidzjan met Iran verbindt.

Azerbeidzjan diende ook een officiële aanvraag in om toe te treden tot de Brics-alliantie (Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika), een dag na Poetins bezoek in augustus. Eind juli diende het ook een aanvraag in voor de status van waarnemer bij de Shanghai Cooperation Organisation. Daarmee komt Azerbeidzjan een stap dichter bij volledig lidmaatschap van het door China geleide blok.

Protesten in Georgië

En dan is er nog Georgië. Het land was ooit een baken van democratische vernieuwing onder voormalige Sovjet-landen, maar glijdt nu geleidelijk af naar een pro-Russische autocratie. Onder het bewind van de politieke partij Georgische Droom, hebben Tbilisi en Moskou geleidelijk de banden nieuw leven ingeblazen, ondanks de Russisch-Georgische oorlog van 2008.

Officieel blijft de Georgische regering toegewijd aan het EU-lidmaatschap. Na een besluit van de Europese Raad van december 2023 kreeg Georgië de status van kandidaat-lidstaat. Toch zijn de relaties met de EU aanzienlijk verslechterd sinds de lente, toen de regering in Tbilisi de zogenaamde wet op buitenlandse agenten doordrukte, ondanks protesten van de bevolking en de EU.

De wet biedt de Georgische regering een potentieel bruikbaar instrument om het werk van pro-Europese maatschappelijke organisaties te beperken, en is gemodelleerd naar Russische wetgeving. Lees verder onder de afbeelding

Autoritaire drift

Het feit dat Rusland als agressor na meer dan tweeënhalf jaar oorlog een soort heropleving van sympathie geniet, moet duidelijk zorgwekkend zijn voor Oekraïne en zijn westerse partners. De toenemende autoritaire drift in Oost-Duitsland, Slowakije, Hongarije, Azerbeidzjan en Georgië begon niet met de oorlog in Oekraïne, maar is ongetwijfeld aangezwengeld als gevolg ervan.

De politieke leiders erachter kapitaliseren op en kanaliseren zorgvuldig verschillende publieke sentimenten. Een daarvan is de angst om meegesleurd te worden in een grootschalige oorlog met Rusland. Een andere is de afkeer tegenover een politieke elite die verkeerd is omgegaan met de gevolgen van de pandemie en de stijgende levensduurte door de oorlog in Oekraïne.

Er is ook, althans voor sommigen, een zekere nostalgie naar een denkbeeldig Sovjetverleden en de “orde” die sterke en in wezen sociaal conservatieve leiders vroeger oplegden, vergeleken met de liberale “chaos” die sindsdien is ontstaan.

Tegenbeweging

De presidentsverkiezingen vorig jaar in Tsjechië en de recente stembusgang in Polen tonen dat de democratische terugval in het voormalige Sovjetblok wel kan worden gestopt en teruggedraaid. Ook het besluit van Armenië om zich terug te trekken uit de door Rusland geleide Collective Security Treaty Organisation — een mini-opvolger van het Warschaupact na de Sovjet-Unie — geeft aan dat geopolitieke verhoudingen niet in steen gebeiteld zijn.

Al die veranderingen zijn symptomen van een instabiele Europese en mondiale veiligheidsorde. Wanneer en hoe de oorlog in Oekraïne eindigt, zal bepalen wat voor soort nieuwe orde zich waarschijnlijk zal vestigen.

Maar de simultane opkomst van rechts en links populisme, en van zowel oude als nieuwere autocratieën en hun ideologische overeenkomsten met het Kremlin, is een waarschuwing dat de oprichting van een nieuwe liberale orde verre van zeker is — ongeacht wie wint in Oekraïne, als er al iemand wint.