-Rome- Vandaag, woensdag 12 juni, is het ‘Werelddag tegen Kinderarbeid’, een plaag die 160 miljoen kinderen over de hele wereld treft. Salesian Missions, werkt in 134 landen op vijf continenten ten gunste van minderjarigen in kwetsbare situaties en biedt hen de mogelijkheid om te studeren of een vak te leren.
De woordvoerder van Salesiaanse Missies, Alberto López, legt in ‘Ecclesia al día’ uit dat de meerderheid van deze minderjarigen werkt om bij te dragen aan het onderhoud van het eigen gezin. Lees verder onder de afbeelding>
“Dan zijn er nog de mazen in de wetgeving die veel landen hebben, wat betekent dat de uitbuiters goede zaken doen om misbruik te maken van de kleintjes, omdat zij minder klagen, minder vragen, en vooral omdat zij met hun kleine handjes werk kunnen doen welke ouderen niet kunnen.”
De helft van de werkende minderjarigen houdt zich bezig met straatverkoop of het vervoeren van goederen, terwijl een ander hoog percentage activiteiten uitvoert die schadelijk zijn voor hun gezondheid in fabrieken of in de landbouw, waarbij zij zwaar tilwerk of onbeschermd werk moeten doen.“Het ergste is dat tien miljoen minderjarigen lijden onder de grootste uitbuiting: slavernij in de mensenhandel, seksindustrie, op jonge leeftijd worden uitgehuwelijkt, gedwongen rekrutering in het leger, of letterlijk geslacht worden voor de orgaanhandel”, aldus Alberto López. Problemen welke ‘Misiones Salesianas’ ook al aan de orde stelden in de documentaire ‘Canillitas’.
Kindslaven
Salesian Missions is in meer dan zeventig landen aanwezig om de strijd tegen kinderslavernij aan te gaan. Een niet ongevaarlijke missie voor de medewerkers. De hulporganisatie gaat op zoek naar minderjarigen in situaties van kinderuitbuiting en dan biedt men hen aan om naar een plek te gaan waar zij tot rust kunnen komen, spelen, waar zij aandacht krijgen, naar school gaan of naar de dokter.
Eén van de projecten van ‘Salesian Missions’ vindt plaats in Benin, een West-Afrikaans land waar één op de vijf minderjarigen te maken krijgt met uitbuiting: “Het is een land waar armoede wijdverbreid is, met economische en politieke instabiliteit en waar lokale bendes dood en verderf zaaien, aldus de salesiaanse missionaris Hernán Cordero.
Cordero betreurt het dat de samenleving deze trieste realiteit heeft geaccepteerd, waarin jongens toegang hebben tot banen als metselaars, monteurs of straatverkopers, maar vaak “onderworpen aan verbaal, zelfs fysiek geweld”, terwijl meisjes huishoudelijke taken op zich nemen, maar in groten getale te maken krijgen met seksueel geweld door hun werkgevers. Lees verder onder de afbeelding>
Op straat
Door de jaren heen heeft het project Salesiaanse Missies in Benin ervoor gezorgd dat duizenden kinderen konden worden geholpen. Ieder heeft zijn of haar verhaal, zoals dat van een minderjarige die Hernán Cordero in 2011 ontmoette nadat hij zijn vader had verloren, en zijn moeder, met zeven kinderen, met de grootste moeite voor vijf kinderen kon zorgen, waardoor er twee op straat moesten leven.
Deze twee oudere jongens werkten in de straatverkoop en een van hen ontdekte het buitenschoolse activiteitencentrum van Don Bosco. Men wist hem te overtuigen dat er meer is dan het uitzichtloze straatleven, dat hij naar school moest. Hij ging uiteindelijk naar school en deed een beroepsopleiding. Hij raakte geïnteresseerd in sport, zó zeer zelfs dat hij in 2019 professioneel basketbalspeler werd en hij een contract kreeg bij een professioneel team met een goed salaris. Daarna voltooide hij op eigen kosten zijn universitaire studie bedrijfskunde. Het is een heel speciaal geval, maar het maakt je zó dankbaar”, aldus de salesiaanse missionaris.