-VATICAAN- Het Vaticaan doet de monden openvallen: vrouwen die door het leven gaan als gewijde maagd hoeven van de katholieke kerk niet langer maagd te zijn. Wereldwijd zijn er zo’n 5.000 Bruiden van Christus.
Ze beloven eeuwigdurend maagd te zijn en besteden hun tijd aan gebed, boetvaardigheid en werken van barmhartigheid. Maar de belangrijkste toetredingsvoorwaarde is nu geschrapt, zo blijkt volgens de Britse krant The Guardian uit een nieuwe instructie van het Vaticaan.
In het document Ecclesiae Sponsae Imago, dat eerder deze maand en na vragen van bisschoppen verscheen, staan details over de roeping en de twee jaar durende voorbereiding. “Gewijde maagden zijn in hun maagdelijkheid aan de Heer Jezus gewijd en ervaren de spirituele vruchtbaarheid van een intieme relatie met hem.”
Bruiden van Christus, die tijdens een ceremonie eeuwige trouw aan Christus beloven en een trouwring krijgen, moeten niet worden verward met nonnen
Het blijft niet bij die woorden. In een ophefmakende passage geeft het Vaticaan aan dat vrouwen geen maagd meer hoeven te zijn als ze een gewijde maagd, een van de oudste roepingen binnen de katholieke kerk, willen worden. “De roep om getuigenis af te leggen van de maagdelijke, echtelijke en vruchtbare liefde voor Christus valt niet te reduceren tot het symbool van fysieke integriteit”, klinkt het. “Voorbeeldige kuisheid en perfecte abstinentie zijn geen essentiële vereisten.”
De Amerikaanse Vereniging van Gewijde Maagden noemt het document “zeer teleurstellend” en “choquerend”. Bruiden van Christus, die tijdens een ceremonie eeuwige trouw aan Christus beloven en een trouwring krijgen, leven niet in kloosters en moeten niet worden verward met nonnen. Het gaat hier om ongetrouwde, vaak werkende, vrouwen. Over de hele wereld zijn er ongeveer 5.000 gewijde maagden. Verreweg de meeste leven in Frankrijk, Italië en Argentinië, maar ook in ons land hebben vrouwen zich gewijd aan de roeping. Het aantal gwijde maagden in Nederland is niet bekend, In België leven vermoedelijk 51 bruiden van Christus.
Bron: EWTN Foto: MB